Prison City komt rechtstreeks uit de (onvergeeflijke) jaren negentig

Prison City is een retrolike actieplatformgame die rechtstreeks uit de jaren negentig lijkt te komen. Het spel heeft zich hevig laten inspireren door titels als Mega Man, Power Blade en Shatterhand, maar heeft het ook een eigen smoelwerk?

Prison City review

Games grijpen wel vaker terug naar tijden van weleer, maar Prison City maakt het wel erg bont met zijn inspiratiebron. Daar waar Nintendo ouderwetse formules constant moderniseert (zonder de basis uit het oog te verliezen) en Sega veelal oude elementen herintroduceert (en daar nieuwe ideeën aan koppelt), zien we dat ontwikkelaar Programancer helemaal teruggaat naar de jaren negentig, en ook een beetje eind jaren tachtig met Prison City. Dat merken we niet alleen aan de grafische stijl waar de ontwikkelaar voor gekozen heeft, maar ook aan de kenmerkende actie uit die decennia.

Prison City is een… gevangenisstad

In de game Prison City krijgen we te maken met een stad die letterlijk tot gevangenis is verworden. Criminaliteit viert hoogtij, en uiteraard is het de taak aan een lokale badass om de criminelen aan te pakken en de stad terug te laten keren in zijn oude glorie. Daarvoor kruip je als speler in de huid van de held van de dag, Hal Bruzer, en krijg je toegang tot allerlei strakke moves om je doelen te behalen. Waarschijnlijk heeft Bruzer nog het meeste weg van Contra’s Bill Rizer, maar laten we ook Ryu Hayabusa van Ninja Gaiden niet vergeten. Dan krijg je meteen een idee van wat die kan.

Daarnaast doet de opzet van het verhaal sterk denken aan bijvoorbeeld RoboCop, Judge Dredd en vergelijkbaar materiaal. De Prison City is namelijk een gemilitariseerd gevangeniscomplex dat volledig overgenomen is door een groep die zichzelf Techo-Terrorists noemt. Bruzer krijgt de taak om allerlei afdelingen van de gevangenisstad te infiltreren. Nadat je het eerst level uitgespeeld hebt, krijg je toegang tot het levelselectiescherm, en kun je dus zelf een route bepalen. Dat doet sterk denken aan bijvoorbeeld Mega Man, waarbij de volgorde van de stages helemaal zelf kunt bepalen.

Prison City review

Zoeken in lineaire levels

De levels in Prison City zijn over het algemeen lineair, maar alleen lopen van links naar rechts is er niet bij. Je dient namelijk steeds op zoek te gaan naar de sleutel tot het baasgevecht. Die sleutel krijg je van verschillende medestanders, die er soms net zo buitensporig uitzien als mensen uit de jaren negentig. De levels zijn lekker gevarieerd en bieden verschillende thema’s aan, waardoor je niet het idee hebt constant naar dezelfde achtergronden te kijken. Ze kunnen overigens vrij pittig zijn qua vijanden en navigatie, maar gelukkig is er een kaart aanwezig en kun je rekenen op checkpoints.

Die pittigheid komt ook naar voren wanneer je bijvoorbeeld eindelijk je hoofdwapens geüpgraded hebt. Dat is de Chakram: een soort boemerang die ook op de weg terug vijanden schade toebrengt. Met de nodige upgrades kun je ook door muren heen slaan en extra schade doen; maar zodra je drie keer geraakt wordt, raak je die upgrades ook weer kwijt. Dit komt geregeld voor, omdat vijanden opnieuw spawnen wanneer ze net uit beeld verdwenen zijn en soms op lastige plekken staan. Dat kan soms onnodig hard aanvoelen, maar eerlijk is eerlijk: destijds waren games ook onnodig hard.

Prison City review

Uitgebreide baasgevechten

Ergens is het grappig dat we zo nu en dan dit soort games tegenkomen die teruggrijpen naar de jaren tachtig en negentig. In de beginjaren van (console)gaming waren games vaak moeilijker, omdat ze zo kort waren. Een game uitspelen was echt een prestatie en veel minder een klusje, zoals het nu wel eens voelt. Als antwoord daarop verschenen er juist games die zich meer focussen op een fijne ervaring, gebouwd zijn rondom savesystemen of een goed verhaal. En toen waren we dat weer zat, en werden we door de kamer geslingerd door spellen als Demon’s Souls, Bloodborne en Elden Ring.

Prison City is dan qua moeilijkheidsgraad niet net zo moeilijk als de Souls-games, maar kan in sommige gevallen wel heel uitdagend en meedogenloos zijn. Het verliezen van de upgrade kan zelfs demoraliserend werken, helemaal wanneer dit op de weg terug naar de baas gebeurt. Maar dat is nou eenmaal hoe dit soort spellen zijn. Het is tevens een kwestie van smaak en niet per se goed of slecht; houd je niet van dat type spellen, dan is Prison City niets voor jou. Ga je daar juist goed op, dan kun je hier met een gerust hart aan beginnen. Soms kunnen dingen heel simpel zijn.

Prison City review

Overal mee wegkomen

Dat betekent echter niet dat Prison City overal mee kan wegkomen. Want eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat er soms – oké, gevoelsmatig – wat onzin voorbij komt. Sommige baasgevechten kunnen heel oneerlijk aanvoelen. Niet omdat ze een flinke uitdaging bieden, maar omdat je met dat enkele wapen soms flink beperkt wordt. En nee, dan bedoel ik niet dat je de upgrades kunt verliezen. Want als dat gebeurt, dan ligt dat toch echt aan jouw kunnen. Dan heb je beter je best moeten doen. Maar een eindbaas als Fury Rhoads (geïnspireerd door Mad Max) werkt gewoon niet goed.

Tijdens dit eindbaasgevecht dien je op een truck te schieten. Daarbij moet je ervoor zorgen dat er genoeg afstand tussen jou en dat voertuig zit. Je moet dichtbij genoeg komen om de truck te raken, maar ook ver weg blijven om zelf niet geraakt te worden. Tijdens een ander gevecht, met een mechanisme spin, moet je de raketten omleiden en ervoor zorgen dat die de baas zelf raken. In beide gevallen merk je dat de Chakram niet toereikend genoeg is. Dat is het ontwerp, en dat begrijp ik, maar het is ook onvergefelijk. Het zou fijn zijn als je iets meer het idee krijgt dat je een kans maakt.

Prison City review

Prison City kopen?

Desondanks kan ik Prison City aan iedereen aanbevelen die van die ouderwets moeilijk 2d-games houdt. Ik denk dat de Ninja Turtles-games van de NES ook een behoorlijke inspiratiebron zijn geweest, kijkende naar de levels en moeilijkheid. Spreken de games die ik in dit artikel noem je aan, dan weet je ongeveer wat je kunt verwachten. Daarbij kan Prison City spelers die dertig jaar of ouder zijn nog wel eens verrassen met baasgevechten, omdat je eigenlijk nooit precies weet wat je ervan kunt verwachten. Het balans is soms lichtelijk zoek, maar al met al is dit een fijne retrolike.


Uitgever Retroware heeft me een code voor de review gegeven.


Prison City winnen?

Wil je zelf Prison City spelen, dan heb ik goed nieuws. Ik heb namelijk twee Nintendo Switch-codes gekregen om weg te geven. Laat hieronder in de comments weten wat je favoriete actieplatformgame uit de jaren negentig is en waarom. Als je een comment achterlaat, dan hoef je in principe alleen je voornaam en e-mailadres in te vullen. Houd daarna de website in de gaten om te zien of je iets gewonnen hebt! Ik zal twee willekeurige winnaars uitkiezen en reageren onder de antwoorden. Vrijdag 1 december kies ik de winnaars uit. 

De winnaar is bekend!

Update: vrijdag 1 september 11:54

De winnaars zijn bekend! Tsjok en Rick, gefeliciteerd, en veel plezier met de game! Ik reageer hieronder ook even op jullie comments. Laten we contact hebben over waar ik de code naartoe mag sturen. Mochten Tsjok en Rick onverhoopt niet reageren, dan zal ik opnieuw een willekeurige winnaar uitkiezen.

9 gedachten over “Prison City komt rechtstreeks uit de (onvergeeflijke) jaren negentig

  1. Probotector II: Return of the Evil Forces <3
    De Europese versie van (Super) Contra. Samen met m'n zusje de game helemaal plat gespeeld als kind. Lees: de eerste drie a 4 levels; de game was moeilijk. De verschillende power-ups, de co-op en de verschillende gameplay-elementen per level waren top.

  2. Dubble Dragon serie (vooral deel 2) destijds samen regelmatig met mijn broer gespeeld, 1 van de weinige games die wij samen speelden helaas, maar oh zo leuk.

  3. Double Dragon II
    Had destijds zelf geen console thuis, maar op vakantie in Hong Kong speelde ik die vaak met mn neef op de Famicom en bleek er best goed in te zijn

  4. Ik was vooral fan van Flashback, een Sci-fi game die in het SNES tijdperk behoorlijk vooruitstrevend was qua graphics en animatie. Verder had het coole actie, puzzels en een mysterieuze, onheilspellende sfeer. Aanrader! Ik heb ‘m zoals gezegd op de SNES gespeeld, maar volgens mij was er ook een Megadrive versie van het spel.

    Onlangs is er een sequel uitgekomen, maar die is volgens de critici niet zo goed als het origineel.

  5. Angry Video Game Nerd games. Toevallig ook door Retroware ontwikkeld… Say what? De AVGN games komen uit de jaren 2000? :p

    Dan kies ik voor Double Dragon 3 voor de NES.
    De besturing was zo clunky, het spel was te moeilijk voor 10 jarigen en je voelde je als een baas dat je in bijzijn van je vrienden 3 spinning kicks in de lucht achter elkaar kon uitvoeren.

    Niemand wilde als Master Shin spelen. Zo traag als een schildpad en leek wel op Mr. Miyagi. Ranzou daarentegen was als een haas: supersnel en ubercool.

    Frustrerende game, maar toch… dat was de charme van games van vroeger: kneiterhard uit te spelen, geen tutorials van een uur, maar gewoon doen en af en toe de controllers keihard tegen de muur aan gooien.

    Wij hebben DD3 uiteindelijk uitgespeeld en dat gaf zoveel voldoening. 🙂

  6. Ik ben fan van castlevania en Contra. Ik ben dan ook heel blij dat beide in een anniversary-editie uitgekomen zijn op de Switch. castlevania speelde ik al op de MSX, dus nog vóór de PC bestond!

  7. Ik heb de NES game Power Blade helemaal grijs gespeeld, omdat het een soort last action hero-achtige game is, maar dan met boomerangs en in een futuristischesetting. De volgorde van de levels kan je kiezen (zoals bij megaman), waardoor je makkelijker nog een keertje speelt als je (weer) al je levens kwijt bent (want opslaan was er destijds niet bij).

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.