Retroid Pocket Mini valt tussen wal en schip

Dat we de Retroid Pocket Mini klein noemen, is eigenlijk vreemd. Want in de afgelopen maanden heb ik meerdere handhelds getest die qua formaat niet veel afwijken van dit model. Ondertussen test ik ook de Game Kiddy Bubble en hoewel dat apparaat net een slag groter is, zou die volgens Retroid ook onder de noemer ‘mini’ vallen. Om nog maar te zwijgen over bijvoorbeeld de Ayaneo Pocket Micro of Anbernic RG40XX H. In vergelijking met de Retroid Pocket 4 en Retroid Pocket 5 is die wel degelijk kleiner.

Ik heb de Retroid Pocket Mini direct in de voorverkoop gekocht, samen met de Retroid Pocket 5. Daardoor heb ik hem met korting kunnen scoren, maar ik zal hem nog steeds beoordelen volgens de normale winkelprijs. Ook heb ik slechts één keer verzendkosten hoeven betalen, maar waarschijnlijk moet je die per handheld betalen op het moment dat je ze los aanschaft. Al met al komt de prijs, voor een losse Retroid Pocket Mini, uit op zo’n 205 euro. Dat is iets meer dan de Retroid Pocket 4 Pro die ik begin 2024 testte.

Prachtige handheld

Kijkend naar het ontwerp dan is duidelijk dat de fabrikant goed heeft gekeken naar wat werkte met de Retroid Pocket 2S. De basis is grotendeels hetzelfde, terwijl Retroid verder inzet op comfort. De Mini heeft een ronde afwerking waar je vingers zich prettig omheen wikkelen. Bovendien ziet de handheld er prachtig uit dankzij die extra glaslaag voorop. Dit oogt én voelt premium en had ook zomaar uit de stallen van Sony of Nintendo kunnen komen. Niets anders dan lof voor dit comfortabele en prachtige design.

De Retroid Pocket Mini beschikt over de kenmerkende eigenschappen van Retroid-handhelds. De hall effect-sticks zijn goed gepositioneerd en bieden een zeer nauwkeurige besturing. De d-pad is van hoge kwaliteit en reageert uitstekend. De triggers ondersteunen zowel digitale als analoge input. De vier actieknoppen geven een prettige, maar luide klik bij het indrukken. Een klein nadeel van het compacte ontwerp is dat de knoppen weinig ruimte hebben en daardoor langs de randen van de behuizing schuren.

Stralend oled-paneel

Dat zorgt ervoor dat je na een paar gamessies al last hebt van witte residu op de zijkanten van die knoppen. Aangezien ze een stuk hoger zijn dan op andere Retroids valt dat na verloop van tijd op. Dat doet wat af van het premium karakter. Verder zijn er nog vier extra buttons toegevoegd, waarmee je gemakkelijk door Android en de verschillende appinterfaces navigeert. En anders kun je daarvoor terecht op het stralende en kleurrijke oled-paneel voorop. Dit is een touchscreen, net als op veel andere Android-handhelds.

Welke game je ook besluit te spelen: met de Retroid Pocket Mini zien ze er mooier uit dan ooit. Dat komt door de felle kleuren en diepe zwartwaarden van zo’n oled-paneel. Eerlijk is eerlijk: daar betaal je ook 200 euro voor, dus minder mag je niet verwachten. Het grootste nadeel van dit scherm is echter de helderheid. De maximale helderheid van 500 nits is niet genoeg voor wanneer je in de buitenlucht speelt. Als je uit de zon of binnen zit, doet het prima dienst. Maar in een felle omgeving kan het display tegenvallen.

Audio klinkt al snel te luid

Een ander probleem dat ik met de Retroid Pocket Mini ervaar is de audio. Niet alleen omdat de speakers onder mijn duimen verborgen zijn wanneer ik speel, ook omdat ze al te snel te luid klinken. Daardoor kan het geluid schel gaan klinken. Over het algemeen druk ik één of twee keer op de volumeknop omhoog vanaf absolute stilte om een prettige audioweergave te ervaren; alles daarboven vind ik echt te luid. De audio kan daarnaast wat dof klinken, omdat de onderkant van je duimen constant boven de speakers hangen.

Afhankelijk van de game die je speelt, de emulator die je gebruikt en de opties die je instelt, kan de Retroid Pocket Mini flink wat uren meegaan. Wanneer je besluit GameCube- of PS2-games te spelen, dan kun je rekening op zes tot twaalf uur aan gameplay. Dat loopt nogal uiteen, maar dat is dan ook afhankelijk van de resolutie, helderheid en of je de led-lampjes onder de sticks gebruikt. Desondanks is het indrukwekkend om te zien wat Retroid aan accuduur levert. Check deze uitgebreide tabel voor een duidelijke uiteenzetting.

GameCube in twee keer de resolutie

Onder de motorkap zit een vijf jaar oude Qualcomm Snapdragon-processor, namelijk de 865. Die cpu was in 2019 de premium chipset voor Android-smartphones, maar inmiddels is die al lang en breed ingehaald. Voor retrogames maakt dat vrij weinig uit, omdat die nog altijd krachtig genoeg is voor het emuleren van Nintendo GameCube, PlayStation 2 en Nintendo 3DS-games, meestal in een (drie)dubbele resolutie. De chipset wordt vergezeld door een degelijke grafische processor en (maar) 6 GB aan werkgeheugen.

Het oled-display heeft een beeldverhouding van 4:3, waardoor die perfect werkt met het gros van de zesde generatie spelcomputers (en alles daaronder). Dankzij de resolutie van 1280 bij 960 hoef je ook vaak niet hoger dan twee keer de oorspronkelijke resolutie te gaan; maar als je wil kun je een aantal GameCube-spellen in drie keer de resolutie spelen. Ik heb gemerkt dat de Retroid Pocket Mini de framerate nagenoeg perfect in balans houdt, al zul je merken dat je op drie keer de resolutie soms nèt even onder de 60 fps duikt.

PlayStation 2 is problematisch

Ondanks het feit dat je een handjevol PS2-spellen probleemloos kunt spelen, moet je er rekening mee houden dat het gros niet echt lekker draait. Vooral de wat meer veeleisende titels zoek al snel de grenzen op van dit systeem, wat meestal een onplezierige ervaring oplevert. Zowel audio als beeld hapert, en dat komt de besturing dan ook niet ten goede. Daarnaast kun je merken dat het 3,7 inch scherm net te klein kan zijn in sommige gevallen, waardoor de interface minder goed leesbaar is dan je eigenlijk zou willen.

Als je mijn reviews over de Retroid Pocket 4 Pro en de Pimax Portal gelezen hebt, dan komt de gebrekkige PS2-emulatie misschien als een verrassing. Beide handhelds hebben namelijk een processor die PS2-spellen op twee keer de oorspronkelijke resolutie kan afspelen, en qua prestaties vergelijkbaar zijn. Het verschilt zit hem hier in de hoeveelheid werkgeheugen: die andere twee hebben 8 GB aan werkgeheugen. Tenminste, de versies die ik getest heb. De Mini is helaas alleen verkrijgbaar met 6 GB aan ram.

Retroid Pocket Mini kopen?

Ondanks mijn enthousiasme voor dit apparaat heb ik het idee dat de Retroid Pocket Mini tussen wal en schip valt. Dat heeft te maken met de release van de Retroid Pocket 5, die in november verscheept. Die handheld heeft meer werkgeheugen, een groter scherm en een nog groter accu, terwijl die met 223 euro niet veel duurder is. Die lost een paar problemen op die ik met de Mini heb. En dan heb je het dilemma met de processor nog: in vergelijking met voorganger Pocket 4 Pro zijn er geen noemenswaardige verbeteringen.

Sterker nog: door 2 GB minder werkgeheugen lopen PS2-games minder soepel. Maar gelukkig draaien GameCube- en 3DS-spellen wel goed en alles daaronder ook. Je moet het ontwerp en formaat echt kunnen waarderen wanneer je kiest voor een handheld als de Retroid Pocket Mini. Wil je echter meer uit je handheld halen en hecht je veel waarde aan een oled-paneel, dan kun je beter wachten op de Retroid Pocket 5. En anders is de Pocket 4 Pro nog steeds een goede optie, die vanaf nu hopelijk snel in prijs gaat zakken.