Retroid Pocket 5 zet een mooie stap vooruit

De Retroid Pocket 5 is een krachtige Android-handheld met een lekker groot oled-paneel. Het apparaat beschikt over veel eigenschappen die me bekoren, maar er zijn ook dingen die roet in het eten gooien. Kun je beter voor de Pocket Mini of Pocket 5 gaan?

retroid pocket 5 review

Net als een handvol andere handhelds verschijnt de Retroid Pocket 5 eveneens op de valreep voor het einde van 2024. Eerder keek ik bijvoorbeeld nog naar de Anbernic RG406H, die qua ontwerp en prestaties vergelijkbaar is met Retroids nieuwste. Daarnaast ben ik ondertussen bezig met het testen van de Ayaneo Pocket DMG en legde ik eerder de Retroid Pocket Mini onder de loep. Allerlei retrohandhelds die qua gebruik op elkaar lijken – of het nou om het design of de emulatieprestaties gaat (of allebei, natuurlijk).

Uitgebreidere prijsanalyse

De Retroid Pocket 5 is één van de duurdere retrohandhelds die ik dit jaar getest heb. Ik kocht hem begin september met pakweg 25 dollar korting, voor 193 dollar. Maar de normale prijs bedraagt 219 dollar (of 207 euro). Daar komt 20 euro aan verzendkosten bij (die ik deelde met de Pocket Mini) en ruim 43 euro aan importkosten en btw. Afgerond levert dat een bedrag op van 270 euro. Dat is 55 euro minder dan de Ayaneo Pocket Micro, 75 euro meer dan de RG406H en ongeveer 20 euro meer dan de Retroid Pocket Micro.

Normaliter laat ik het qua prijsvergelijkingen bij één alinea. Maar aangezien er onlangs veel handhelds uitkwamen en er nog twee handhelds aankomen (die ik besteld heb), is iets meer context op z’n plaatst. De Ayaneo Pocket DMG met vergelijkbare specificaties kost 429 euro, en inclusief de btw en importkosten ben je daar 542 euro aan kwijt. De Ayaneo Pocket Evo kost 576 euro en de Odin 2 Portal gaat je 411 euro kosten. De processors in die laatste handhelds zijn beter, maar veel specificaties zijn redelijk vergelijkbaar.

retroid pocket 5

Hoge resolutie, hoge framerate

Ik houd nog wel een beetje een slag om de arm als het om die vergelijkingen gaat. Want op moment van schrijven heb ik de Ayaneo Pocket Evo en Odin 2 Portal niet binnen. Die kunnen op andere vlakken beter scoren. Maar waar ik het meeste op let in de ervaring zijn de emulatieprestaties. Nu kun je wellicht de ene console op een hogere resolutie draaien dan op de andere, maar over het algemeen kun je op alle dure retrohandhelds de spellen spelen die je wil – in een hoge resolutie en in een hoge framerate.

Met de Retroid Pocket 5 behaal je dezelfde prestaties als op de Retroid Pocket Mini. Het grootste verschil, onder de motorkap, is de 2 GB aan extra werkgeheugen. De Pocket 5 heeft 8 GB tot z’n beschikking, waardoor emulators net even wat meer ademruimte hebben. Daar profiteren voornamelijk PS2-titels van, die net wat soepeler draaien. Je speelt ze daardoor gemakkelijker in een dubbele resolutie, of net wat hoger. GameCube-spellen doen het nog steeds erg goed en kun je moeiteloos in drie keer de native resolutie spelen.

retroid pocket 5

retroid pocket 5

Groot oled-paneel

Daarbij moet ik wel de kanttekening maken dat het in beide gevallen afhangt van het spel dat je speelt. Het gros van de GameCube- en ook Nintendo 3DS-games laten zich prettig spelen in hogere resoluties en met allerlei verbeteringen die bijvoorbeeld iets aan de kartelrandjes doen. Maar het kan zijn dat je her en der een titel tegenkomt dat het wat minder doet. Gelukkig kun je dan in de emulator de grafische kracht een niveau bijstellen, waardoor je wederom toegang krijgt tot soepele gameplay. Bij PS2-titels moet je dat mogelijk wat vaker doen, maar over het algemeen draaien ze netjes op een dubbel zo hoge resolutie.

Alles daaronder werkt voortreffelijk. Gezien het oled-paneel van 5,5 inch, en schermindeling van 16:9, leent de Retroid Pocket 5 zich perfect voor Wii-, PSP- en PlayStation Vita-games (mits je daar een goede emulator voor hebt). Ook kan het geen kwaad widescreen cheats toe te passen op games van de zesde generatie consoles. Voor de 4:3-spellen kun je beter gaan voor de Pocket Mini. De processor is wel overkill (waar je helaas voor betaalt), maar het scherm presenteert dat soort spellen perfect.

retroid pocket 5 retroid pocket mini

Verschillen tussen Pocket 5 en Mini

Nu klinkt drie keer de oorspronkelijke resolutie van GameCube- en PS2-titels waarschijnlijk niet al heel veel, omdat je dan op 1080p zit. Aangezien de schermresolutie van de Retroid Pocket 5 niet hoger gaat dan dat, is het eigenlijk een perfecte match. De keuze voor de processor past daar dan ook heel goed bij, ook al is die inmiddels vijf jaar oud. De Retroid Pocket Mini heeft overigens ook een iets lagere resolutie, waardoor je daar prima wegkomt met dubbel zo hoge resoluties van de genoemde spelcomputers.

Naast het grotere scherm en het brede formaat heeft de Retroid Pocket 5 nog wat kleinere verschillen die doorslaggevend kunnen zijn. De Pocket 5 heeft een grotere accu van 5000 mAh, maar de gametijd is grofweg hetzelfde met zes tot acht uur. Dat is heel erg afhankelijk van de games die je speelt. Daarnaast is het apparaat voorzien van een modernere Android-versie, namelijk 13. Nu is dat nog niet het niveau dat ik graag zou willen zien – maar in vergelijking met Android 10 op de Mini is dit een gigantische verbetering.

retroid pocket 5

Ook veel overeenkomsten

Tussen de Retroid Pocket 5 en Pocket Mini bestaan daarnaast veel overeenkomsten. En die zijn naar mijn mening positief te noemen. Zo beschikt de Pocket 5 over dezelfde knoppen en d-pad met die fijne domeschakelaars. De actieknoppen geven een typisch retrogevoel tijdens het indrukken, veren lekker mee en schieten goed terug omhoog. De vierpuntdruktoets heeft een onwijs fijn kantelpunt, waardoor combinaties in vechtspellen uitvoeren moeiteloos gaat en je over het algemeen een strakke besturing ervaart.

Je treft hier bovendien dezelfde fijne schouderknoppen en triggers op aan. De L2- en R2-knoppen leggen een flinke afstand af en kunnen daar ook echt iets mee doen vanwege het analoge karakter (net als op de Pocket 4 Pro, overigens). Zo kun je in racegames je snelheid doseren, bijvoorbeeld. Het enige waar ik een beetje moeite mee heb zijn de hall effect-sticks. Ze zitten te dicht op de knoppen die erboven zitten, waardoor je er met je duim langs komt tijdens het spelen. Dat levert soms krampachtige gamehoudingen op.

retroid pocket 5

D-pad onder de linker stick

Je moet namelijk goed je best doen om die sticks te ontwijken. Daarnaast snap ik de positie niet helemaal van het linker knuppeltje. Over het algemeen houd ik aan dat wanneer een handheld bedoeld is voor 3d-games, het prettiger is wanneer die knuppel boven de d-pad zit. Gezien de kracht van dit apparaat zou het dus logischer zijn als de vierpuntdruktoets en de linker analoge stick van plaats zouden wisselen. Bij de Retroid Pocket Mini heb ik hier geen last van, omdat ie zich vanwege de 4:3-indeling beter leent voor 2d-games.

Misschien dat Retroid voor al zijn handhelds dezelfde mal wil gebruiken, om zo een herkenbaar ontwerp te presenteren. Ik weet niet waarom dit merk dat zo aanpakt, maar zoiets kan ik me voorstellen. Dat gaat nu echter wel ten koste van een fijne bediening. Maar goed, daar tegenover staan nog wat andere fijne eigenschappen, zoals een actief koelsysteem en de grote mate van personalisatie als het gaat om het optimale gebruik van de processor en ventilator. Je past beide onderdelen moeiteloos aan op de games die je speelt.

retroid pocket 5

Retroid Pocket 5 kopen?

Je zult soms even de instellingen in moeten duiken, maar over het algemeen levert Retroid met de Retroid Pocket 5 een enorm veelzijdige en betaalbare handheld af. Nee, 270 euro is niets om gemakkelijk over te doen. Maar als ik de prestaties vergelijk met veel duurdere handhelds, dan haal je met dit systeem een enorm fijne prijs-kwaliteitverhouding in huis. In vergelijking met de Anbernic RG406H en RG406V is er ook weer niet zo’n grote sprong voorwaarts, waardoor je die handhelds wellicht ook in je overweging mee kunt nemen.

Als je voor de Retroid Pocket 5 gaat, dan kies je duidelijk voor een modern en comfortabel ontwerp, krachtige prestaties, fijne knoppen en d-pad (die zijn voorzien van domeschakelaars) en responsieve triggers en analoge sticks (voorzien van hall effect-technologie). In alle opzichten is de Pocket 5 een kleine stap voorwaarts als het gaat om de algemene ervaring ten opzichte van de Pocket 4 Pro, maar qua ontwerp behaalt de fabrikant wel een heel nieuw niveau. Vind je de Pocket Mini het net niet, dan is dit het model dat je wil.

2 gedachten over “Retroid Pocket 5 zet een mooie stap vooruit

  1. Dank voor de uitgebreide recensie. Zou je zeggen dat de Retroid Pocket 5 qua specs vergelijkbaar is met de Ayn Odin Pro (niet de Odin 2), of kan hij toch wat meer aan qua emulatie? Dank alvast. 🙂

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.